Traditioneel gaat Oudejaarsavond gepaard met een mix van feestelijke rituelen, waaronder het proosten met champagne, het genieten van oliebollen, en het afsteken van vuurwerk. Te midden van deze festiviteiten is de Oudejaarstrekking van de Staatsloterij een onmisbaar element, met dit jaar een verleidelijke hoofdprijs van maar liefst 30 miljoen euro. Echter, ondanks de aantrekkingskracht van deze gigantische jackpot, is de kans op het winnen ervan volgens deskundigen buitengewoon klein.
1 op de 7,1 miljoen kans met Oudejaarslot
Hoogleraar sporteconomie aan de Rijksuniversiteit Groningen, Ruud Koning, werpt licht op de cijfers. Met vorig jaar meer dan 7,1 miljoen verkochte loten voor de Oudejaarstrekking, bedraagt de kans op het winnen van de jackpot slechts 1 op de 7,1 miljoen, wat neerkomt op een schamele 0,00000014 procent. Het aanschaffen van meerdere loten vergroot volgens Koning niet significant de kans op succes. Zelfs na tien jaar trouw loten kopen, blijft de kans op de felbegeerde hoofdprijs minimaal.
Desondanks biedt de Oudejaarstrekking van de Staatsloterij wel een zekerheid: de kans op het winnen van een prijs, zij het geen astronomisch bedrag, bedraagt 50 procent. Deze winst valt altijd op een even of oneven eindigend getal, volgens Koning. Bij andere loterijen, zoals de Nationale Postcode Loterij, is de kans op het winnen van een substantiëler bedrag relatief groter, dankzij het lagere aantal postcodes in vergelijking met verkochte loten.
Kans op grote geldprijs minimaal
Ondanks de statistische realiteit blijft de aantrekkingskracht van de jackpot mensen verleiden om hun geluk te beproeven. Hoogleraar statistiek en kansberekening, John Einmal, benadrukt dat mensen vaak hun kansen overschatten, zelfs als ze beseffen dat de kans op een grote geldprijs minimaal is. Dit fenomeen doet zich ook voor in andere situaties, zoals het overschatten van het risico op gevaarlijke gebeurtenissen.
